Wonen in Mexico

“Buy Local” in Merida

Lekker hippe kreet is dat tegenwoordig: “buy Local”. En het betekent niet eens zozeer dat je streekproducten koopt, maar vooral dat je kleine winkeliers ondersteund en grote ketens vermijd. Vooral in Mexico is het “een ding” waar gretig gebruik van wordt gemaakt en vaak onterecht.

Maar ik ga geen “ik wil de wereld verbeteren”-blog schrijven vandaag. Ik ga schrijven over mijn eigen “Buy Local” winkels. Bij mij gaat winkelen vooral om gemak en voorziening. Dat had ik in Nederland al, ik had zo “mijn loopjes” door Nederlandse steden die ik dan bezocht waar ik producten kocht. Heerlijke zepen en Hamam producten in Haarlem, Brabants blauw schimmelkaas en port op de Haarlemmerdijk in Amsterdam en zo waren en nog heel veel meer winkels waar je mij met enige regelmaat kon vinden, neuzend door alle onnuttige nuttige dingen die de welvaart in Nederland te bieden heeft.

Als ik ergens langer woon krijg ik ook “loopjes”. Routes door de stad langs plekken waar ze mogelijkerwijs iets hebben wat ik kan gebruiken of dringend nodig heb. En omdat in het buitenland lang niet altijd alles 100% van de tijd beschikbaar is is dat hier meer noodzaak dan winkelgenot.

Ik leerde het al in de Filipijnen, het bakkertje daarzo, de eatery van dinges en de Ukay Ukay mevrouw in Larena die alleen maar merkkleding voor dames verkocht. Niet dat ik nu zo van de merkkleding ben maar dan had ik tenminste kans op producten vaan katoen, linnen en leuke modellen en patroontjes anders dan die Chinese weggooi meuk.

En zo had ik loopjes in Cancun, Playa del Carmen en zelfs in mijn woestijndorp El Centenario waar ik vooral aan huis kocht bij de boer. Vlees, kaas, eieren en soms zelfs groente en fruit. En daar tussendoor de beste eetplekken in het dorp.

In Merida beginnen de loopjes zich te ontwikkelen. En dat is fijn, want het is altijd lastig om je draai te vinden en een leuke kwaliteit van leven te hebben in een land wat bijvoorbeeld qua kleding alleen maar maatje 36 lijkt te hebben en dan ook nog van die vreselijk tekenende jurkjes waarin alles wat je niet wilt benadrukt wordt en elke schoen een hoge hak heeft voor dames.

Eerst de boodschappen. Ik heb wat fijne winkels gevonden bij mij in de buurt, dus heel ernstig 100% local. Vooral de bakker, die 2 straten van mijn huis zijn brood nog in een hout gestookte oven bakt. alige bollen met Bolognese saus vulling, en Berliner bollen met romige gele crème. En hij bakt de heerlijkste zachte bolletjes die het prima doen met de smeerworst die ik kan kopen bij Chedraui Select (ietsje verder fietsen zeg maar en niet echt local, maar wel in mijn “loopje”) en de kaas die ik koop bij de import winkel; op Cupulus, ook lekker dicht bij mijn huis. Die verkopen Nederlandse kaas, extra belegen voor Nederlandse prijzen (denk ik) 6 euro voor een pond ongeveer.

Als ik dan Cupulus een stukje verder afloop is er Avenida Colon, daar kan ik op zaterdag, als ik rechts af sla, zwaar over geprijsde spullen kopen op de zogenaamde farmers-market of Slow Food Market, net welke pin Google Maps je laat zien. Heeft niks met farmers te maken want er staat zeggen en spreken 1 Mexicaans boertje en de rest is veelal homoseksuele knotjes mannen die rare broden bakken en daar de hoofdprijs voor vragen. En her en der een handwerk-mevrouw, meestal ook niet van Mexicaanse afkomst. Een tourist-trap dus. Gevalletjes zware afzetterij van toeristen.

Sla ik echter linksaf vind ik een Aziatische import winkel, met noodles, diepvries wontons, heerlijke kruiden en boemboes. Ook opgenomen in mijn loopje.

Restaurants zitten nog niet helemaal in het systeem

Er zijn natuurlijk ook restaurant loopjes, hoewel die hier meestal op de motor gedaan worden omdat alles zo ver uit elkaar ligt. Een paar restaurants hebben het gehaald en zijn blijvertjes, de rest is nog in de ontdekkingsfase. We hebben uiteraard het Duitse Bierhaus, met heerlijke (curry)worsten en voor de liefhebber zelfs zuurkool.
En in de oude stad zit India, dat hoeft verder geen uitleg denk ik, ze maken een redelijke papadum, en hun butter chicken is zalig. Hoewel de laatste keer de Vindaloo niet te vreten was. Maar bij gebrek aan beter houden we hem er in.
En dan weer op Cupulus, de levensader door mijn wijk, daar zit een Mexicaanse Chinees, bemensd door echte Chinezen inclusief de problemen met de “r”. En maken een prima bapao, ook gefrituurd.
En dan is er Plaza Santa Ana, waar je lekker sapjes kunt drinken en panuchos kunt eten. Die zijn redelijk, niet echt bijzonder maar ja, soms wil je nog wel het gevoel ehbben dat je in Mexico bent, niet dan?

Tot zover nog ernstig local en geen ketens.

Maar met eten zijn we niet zo kieskeurig als het gaat om “Local”. We eten amper nog taco’s want die zijn vreselijk duur hier en echt hun geld niet waard, beetje ranzig vet vlees met een schijfje avocado erop wat helemaal bruin is, nee dank je. Je hebt in AltaBrisas het grote winkelcentrum in het zuiden van de stad P.F. Chang. Een Chinees restaurant met vestigingen en de meeste grote steden van Mexico en gelukkig sinds kort ook in Merida. Die hebben werkelijk fantastisch eten en het is meer Chinees of Aziatisch dan de troep die ze hier Chinees eten noemen. En de kwaliteit van de producten is ook stukken beter. Maar daar is de prijs ook naar.

En we hebben zo nog een paar smaakvolle plekken waar we eten.

Op het “nog te ontdekken”-lijstje staat een nieuwe birria kar in Parque Americas, een paar blokken van het huis, en Texas Ribs and BBQ house,  die kennen we wel, maar is deze dan ook fijn? Lapa Lapa restaurants, want je wilt toch wel Mexicaans eten af en toe. En nog een paar waar ik jullie niet mee zal vermoeien.

Qua kleding willen mijn loopjes in het buitenland niet zo vlotten.

Ik vertrok met best wel veel kleding uit Nederland, allemaal maat 48 want dat droeg ik toen. En toen begon het grote afvallen, nog voordat de kleding versleten was. Jemig. Wat nu? Het leven buiten de welvaartsstaat, en het gezondere leven van niet meer voorbereid, snel klaar eten uit potjes en zakjes, zorgde voor een terugval tot maat 40-42 en daar hang ik nu al 8 jaar in. Maar ja, in dit soort landen denken winkeliers dat vrouwen dus allemaal maat 36 hebben en de maten 40-42 zijn moeilijk te vinden en dan ook nog: Wat er is, dat is niet leuk. Allemaal van die tutten-mode voor vrouwen die van gelakte nagels houden en op hakken lopen alsof ze de hele dag naar een feestje gaan.

Ik ben meer van de combat -broeken en fleurige katoen en linnen. Ik heb het moeilijk. Het is super lastig iets te vinden waar ik blij van word. Zo her en der lukt het wel, in de Filipijnen had ik bijvoorbeeld op het eiland Siquijor een mevrouw die deed in dameskleding, tweede hands maar van een superkwaliteit en vaak merk-kleding, dus ook van goede kwaliteit en daar kon ik vaak voor een paar euro wel leuke shirts vinden, En lief van haar, als ze nieuwe kleding had hield ze dat waarvan ze dacht dat ik dat leuk vond vast en belde even. Dan ging ik langs.

Maar in de winkels zelf? Zelden. Ik koop mijn BH’s op Amazon, al jaren dezelfde, de korte broeken voor op de motor ook, ook al jaren dezelfde, en dat zijn mannenbroeken. En mijn spijkerbroeken bij Old Navy en als er geen Old Navy is, die er maar zelden zijn in Mexico, dan koop ik lange broeken van het merk van de korte broeken, mannenbroeken dus.

En voor de rest is het zoeken. Ik heb hier in Mexico een merk Philosophy jr.,  dat hangt bij Liverpool en Sears, en dat is wel leuk. En zo heb ik nog een merk warvan ik de naam niet meer weet, maar erg herkenbaar in de winkel. En ik koop soms wat bij Oysho, maar dat is erg yoga zeg maar. En voor de rest is het puur zoeken.  Zo erg dat we een paar weken geleden naar Playa del Carmen zijn gereden zodat ik eindelijk weer eens bij Old Navy kon shoppen. Maar ja, die hadden alleen maar winterkleding, dus ik kocht alleen spijkerbroeken.

Arnan drong van de week aan om eens bij Springfield naar binnen te lopen in Altabrisas. Nu heb ik bij Springfield altijd het gevoel dat mijn portemonnee al leeg is als ik naar binnenstap want de winkel ademt kwaliteit en exclusiviteit uit.

Maar hoera! Springfield had een ordinaire uitverkoop-hoek. Nadat ik me had staan vergapen aan de prachtige kasjmier trouwen en prachtige jassen die ik nooit meer zal dragen, zag ik uit mijn ooghoeken mijn geliefde rode advertenties: Uitverkoop!

En daar hingen me toch leuke topjes! Ik kocht in echte waarde voor 3490 peso, 3 topjes en een korte broek, en ik betaalde 1420 peso. Kijk daar word ik blij van. Op 1 top na allemaal katoen en luchtig.

Ik voeg Springfield tijdens de uitverkoop dagen toe aan mijn loopje voor kleding door deze stad, en dan ga ik niet meer naar Suburbia en Del Sol, wat gelijk staat in Wibra en Zeeman zeg maar. En wat je na een maand of drie bijna al kan weggooien. Ik voelde de kwaliteit toen ik in de paskamer stond. En ook voor tussen de oren werd goed gezorgd, ik paste met gemak in maat 40-42. Da’s toch leuker dan 2x XL moeten kopen omdat de maten Mexicaans (dus petit) zijn. Als een blij ei liep ik met mijn milieu vriendelijke papieren tas de winkel uit, op naar Häagen Dazs, voor een lekker duur ijsje! (die zitten vooral op donderdag en vrijdag in het loopje, 2 ijsjes halen 1 betalen!)

Heeft allemaal niks met buy local te maken, maar boeiend, ik eet ook amper nog taco’s dus…….lekker belangrijk.

 

*Foto: Mexicaanse warme chocomelk met een mini pan de muerto in een koffiehuisje een paar blokken van mijn huis.